Aangepaste regels voor honden

U beleeft veel plezier aan uw hond en wilt deze graag los laten lopen. U mag uw hond laten loslopen in  de losloopgebieden. Deze zijn op de plattegrond onder aan dit bericht  en met bordjes op de locaties angegeven. In losloopgebied Rosenburgh geldt een beperking van drie honden per begeleider. Hierover leest u meer in de informatiebrief.

Hondenpoep is voor veel Voorschotenaren een grote ergernis. Om ons dorp prettig leefbaar te houden, heeft de gemeente de regels voor het uitlaten van honden aangepast. Deze zijn vastgelegd in de Algemene Plaatselijke Verordening. Wanneer u uw hond uitlaat, dient u opruimmiddelen mee te nemen, zoals een plastic zak(je) of een hondenpoepschep en de poep op te ruimen. Dit geldt zowel voor de aanlijn- als voor de losloopgebieden.

Handhaven op opruim- en aanlijnplicht

De Buitengewoon Opsporingsambtenaren (BOA’s) van de gemeente handhaven onder meer op de opruimplicht en de aanlijnplicht voor honden. Hondenbezitters kunnen voor deze overtredingen worden bekeurd. In onderstaand schema leest u welke boetes gelden voor de overtredingen.

CodeFeitBoete 2018
H326Hond laten poepen op weg/stoep/park of andere openbare plaats en hondenpoep niet opruimen€ 140,00
F145aHond niet aangelijnd bebouwde kom€ 95,00
F145bHond laten verblijven of lopen op kinderspeelplaats, zandbak of speelweide€ 140,00
F145dOpruimmiddelen niet bij zich dragen

€ 95,00

Artikel 2:57 Uitlaten honden

[Gezien de aan de gemeenteraad gepresenteerde geconsolideerde versie van de verordening is artikel Y van de verordening tot vaststelling van de derde wijziging gelezen als betrekking hebbend op artikel 2:53 en niet op het ook genoemde artikel 2:57. ] 

  1. Het is de eigenaar of houder van een hond verboden die hond te laten verblijven of te laten lopen:a. binnen de bebouwde kom op een openbare plaats in de zin van artikel 1:1 aanhef onder
    1. zonder dat die hond aangelijnd is;
    2. op een voor het publiek toegankelijke kinderspeelplaats, zandbak of speelweide of op een andere door het college aangewezen plaats;
    3. buiten de bebouwde kom op een door het college aangewezen plaats indien de hond niet is aangelijnd; of 
    4. op de weg zonder voorzien te zijn van een halsband of een ander identificatiemerk dat de eigenaar of houder duidelijk doet kennen.
  2. Het verbod in het eerste lid, aanhef en onder a, is niet van toepassing op door het college aangewezen plaatsen.
  3. De verboden in het eerste lid, aanhef en onder a tot en met c, is niet van toepassing op de eigenaar of houder van een hond:
    1. die zich vanwege zijn handicap door een geleidehond of sociale hulphond laat begeleiden; of
    2. die deze hond aantoonbaar gekwalificeerd opleidt tot geleidehond of sociale hulphond

Artikel 2:58 Verontreiniging door honden en paarden

  1. Degene die zich met een hond op een openbare plaats begeeft is verplicht ervoor te zorgen dat de uitwerpselen van die hond onmiddellijk worden verwijderd.
  2. Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing op door het college aangewezen plaatsen
  3. De berijder, menner of degene die een paard begeleidt op een openbare plaats is verplicht ervoor zorgen dat de mest die door het paard wordt achtergelaten zo snel als mogelijk wordt verwijderd van de openbare plaats.
  4. De eigenaar of houder van een hond is verplicht, indien hij zich met een hond op plaatsen bevindt genoemd in het eerste lid, een deugdelijk opruimmiddel bij zich te hebben dat geschikt is voor de directe verwijdering van de uitwerpselen van de hond en is tevens verplicht dit opruimmiddel te tonen op verzoek van een toezichthouder of een (bijzonder) opsporingsambtenaar.
  5. Het college kan bepalen aan welke eisen een deugdelijk opruimmiddel moet voldoen.
  6. Het eerste en het vierde lid zijn niet van toepassing op de eigenaar of houder van een hond die zich vanwege zijn handicap door een geleidehond of een sociale hulphond laat begeleiden.